Koning winter heeft dit jaar zijn aanval zeer vroeg geplaatst. In ’t Overdijk vonden ze het niet passen om de laatste jumping van het eerste decennium na het tweede millennium af te lassen. Gelijk hadden ze, want wie thuis veilig van den hof geraakte ondervond weinig hinder.
Gert Geeroms met zijn energieke Qoulonka zette de tijd nog meer dan een seconde scherper. Bart Clarys had met Tamar reeds ondervonden dat het niet snel genoeg was, en deed er nog een schepje bovenop met Ultra, nog 2 sec sneller dan Gert Geeroms. Joris Vergauwen zijn eerste poging met Danae d’O bleek ook niet snel genoeg en deed nog een aanval met Ebony d’O maar de tijd van Bart bleef overeind.
Maar dan was er nog Steven Verwaeren met D’Armel van ’t Kamerveld. De eerste 7-jarige aller tijden die vier cycluswedstrijden wist te winnen. Zondag reed hij weerom een barrage alsof hij van een ander planeet kwam. Met haar veerkracht en goede wil brengt ze iedere keer bijna onmogelijk korte wendingen tot een goed einde en in volle snelheid blijft ze abnormaal terugspringen. Zonder pech is die combinatie niet te verslaan.
Audrey De Bock bewijst dat alle wetten van de genetica nog steeds gelden. Als dochter van Belgisch en Wereldkampioen kan ze ook al iets laten zien. In 1m10 moest ze Kristof Vermeiren met Wilco nog laten voorgaan, maar in de proef 1m20 was ze de beste van 100.
De proef 1m was zondag voor Helene Heudens en zaterdag was Jan Claessens de snelste.
Bij de pony’s blijft Elien Raemdonck de vrouw in vorm. In beide proeven die op tijd verreden worden was ze de concurrentie te snel af.